Artikel_Header_1920x600_Trinkwasserhygiene-in-Schulen_Teil-1-1

Hotspots voor drinkwaterhygiëne in ziekenhuizen – uitdagingen intelligent opgelost: deel 1

5 minuten leestijd

Waar gelden hoge eisen voor hygiëne, als het niet in een ziekenhuis is? Een doeltreffend hygiënisch concept moet daarbij talrijke facetten omvatten. Behalve hygiëne voor handen, de ruimte en de lucht in de ruimte is vooral drinkwaterhygiëne aan wastafels, douches en wc’s van belang. Dr. Peter Arens, drinkwaterexpert bij SCHELL, heeft uitdagingen voor de drinkwaterhygiëne in het ziekenhuis opgelijst en stelt gepaste hygiënische maatregelen voor optimalisatie voor. Daarbij licht dr. Peter Arens niet alleen de bijhorende normen toe, maar biedt hij ook praktische tips voor vakpersoneel, ontwerpers, exploitanten e.d. De maatregelen zijn vanzelfsprekend niet alleen relevant voor ziekenhuizen, maar kunnen zinvol toegepast worden in talloze andere openbare gebouwen. In deel 1 van de reeks verklaart dr. Peter Arens de volgende drie uitdagingen:   

Uitdaging nr. 1: sproeikoppen met slang voor niet-huishoudelijk gebruik volgens DIN 1988-100 

“Achter dit nogal omslachtige begrip uit de norm schuilt waarschijnlijk de meest voorkomende afwijking tussen regelgeving en de praktijk in de sanitaire branche”, vertelt dr. Peter Arens. Volgens DIN 1988-100, tabel 1, regel 47 (afb. 1) zijn sproeikoppen met slang die rechtstreeks op de drinkwaterinstallatie aangesloten zijn voor niet-huishoudelijk gebruik – zoals in ziekenhuizen – niet voorzien. Ze mogen alleen via een vrije uitloop van type AA, AB of AD resp. met een buisonderbreker van type DC, dus onrechtstreeks met de drinkwaterinstallatie verbonden worden. “De regelgever vreest dat een sproeikop met slang bij gebruik of reiniging onder de maximale terugstuwhoogte van het douche- of badwater komt. Bij onderdruk in het systeem zou het besmette water van de douche of badkuip (hoogste categorie 5 volgens DIN EN 1717) via de sproeikop met slang in de drinkwaterinstallatie gezogen worden. Daarbij helpen eenvoudige terugslagkleppen niet, maar enkel een van de vermelde veiligheidsinrichtingen”, verklaart dr. Peter Arens. Bestaat er een alternatieve techniek waardoor deze dure veiligheidsinrichtingen overbodig worden? “Ja”, bevestigt de expert. 

Beschermingsdoelen zonder veiligheidsinrichtingen

Als eenvoudige voorzorgsmaatregel, zonder de beschermingsdoelen over het hoofd te zien, is enkel een sproeikop nodig die zo kort is dat de douchekop minstens 20 mm verticaal boven de max. terugstuwhoogte van de badkuip ‘hangt’ (afb. 2, letter H). Bij de dagelijkse handelingen in een ziekenhuis veroorzaakt dat echter problemen, aangezien het verplegend personeel met zulke korte slangen de patiënten niet voldoende kan verzorgen. Daarom is een andere techniek nodig om de gewoonlijke slanglengte van minstens 160 cm te kunnen installeren. Daartoe wordt een slang minstens 162 cm boven de max. terugstuwhoogte van de badkuip aangesloten. 

“Bij een inbouwkraan wordt daarbij een leiding slechts ca. 52 cm naar boven geplaatst (hoogte van de douchekraan: 120 cm, terugstuwhoogte douchebak: 10 cm) en met een vlakke aansluithoek op de wand op de doucheslang aangesloten. Men gaat analoog te werk bij een opbouwkraan, die ook een uitgang naar boven incl. aansluiting heeft (zie afb. 2, letter A), bijv. uit de VITUS-serie van SCHELL. Op die manier zijn aangesloten handdouches ook in niet-openbare ruimtes conform de beschermingstoelen van DIN EN 1717 en DIN 1988-100, zonder dat hiervoor dure veiligheidsinrichtingen nodig zijn of op een andere manier de beschermingsdoelen van deze norm geschonden worden”, verklaart dr. Peter Arens. Een dergelijke installatie biedt nog een ander voordeel in ziekenhuizen: “Zulke aangesloten handdouches kunnen tijdens de verzorging niet meer op de voeten van patiënten vallen, hevige pijn en zelfs gebroken middelvoetsbeentjes veroorzaken”, vult dr. Peter Arens aan. 

Uitdaging nr. 2: handdouches ledigen 

“Deze vraag wordt zeker al twee decennia gesteld en helaas nog altijd verkeerd beantwoord, hoewel alles na onderzoek van minstens twee hygiëne-instituten (Innsbruck en Gelsenkirchen) al even lang en duidelijk opgehelderd is en met microbiologische achtergrond ook bewezen kan worden”, verklaart dr. Peter Arens. “Als bacteriën stress hebben, vormen ze meer biofilm. Daarin zijn ze niet alleen een bepaalde tijd beschermd tegen uitdroging, maar ook in aanzienlijke mate tegen desinfectiemiddelen.” Bij experimentele studies bevatten tijdelijk lege douchekoppen in vergelijking met douchekoppen vol water veel meer bacteriën, te wijten aan de biofilm. Volgens onderzoek uit Innsbruck leidt dat tot een aanzienlijk hoger risico op infecties. Om hygiënische redenen is het daarom aanbevolen om inrichtingen voor het automatisch leeglopen van douchekoppen achterwege te laten.

Uitdaging nr. 3: wastafels zonder overloop en sifonsluiting

In verzorgingsinstellingen moeten wastafels volgens de RKI-richtlijnen zonder overloop geïnstalleerd worden. Voorts mag de waterstraal niet direct op de dan open sifon gericht zijn. Dr. Peter Arens verklaart de hygiënische achtergrond van deze maatregel: “Overlopen zijn hygiënisch een last – met het blote oog zijn de zwarte afzettingen erop al waarneembaar; deze bestaan uit schimmels en micro-organismen en kunnen bij de dagelijkse reiniging nauwelijks verwijderd worden.” Als er geen overloop voorhanden is, mag de afvoer niet afgesloten kunnen worden om overstromingen te vermijden. Ook hier zijn er hygiënische uitdagingen: “De waterstraal mag in geen geval op de open afvoer vallen. Anders zouden bacteriën uit de sifon opgewaaid worden en op de handen van de gebruikers terechtkomen”, waarschuwt dr. Peter Arens. Bovendien is bewezen dat deze bacteriën via de straalregelaar zowaar in de drinkwaterinstallatie kunnen omhoogklimmen, als daar niet voor reglementair gebruik gezorgd wordt. De oplossing ligt vaak echter voor de hand. “Om het beschermingsdoel ‘geen waterstraal mag een open sifon raken’ te realiseren en het ‘valpunt’ voordelig te veranderen, volstaat het vaak al om een andere straalregelaar te plaatsen of – wat duurder – een andere uitlooplengte te kiezen (afb. 3)”. Naast straalregelaars biedt SCHELL vanzelfsprekend ook wastafelkranen met verschillende uitlooplengtes, zoals de VITUS-wandkranen, en in verschillende afmetingen, zoals de XERIS E-T

Maatregelen voor optimalisatie toepassen

De drie voorbeelden tonen aan hoe gedetailleerd de drinkwaterhygiëne in een ziekenhuis moet opgevolgd worden. Ze bieden echter ook waardevolle hulp: “Door inzichten uit medische instellingen kunnen we als onder een brandglas hygiënische maatregelen voor optimalisatie vaststellen en deze ook toepassen in andere openbare gebouwen. De technieken daarvoor zijn nu al beschikbaar, zoals contactloze kranen voor wastafels en wc’s”, stelt dr. Peter Arens vast. Ook in ziekenhuizen geldt hier: soms is minder meer. “Het voorbeeld van het leegmaken van slangen bewijst dat om hygiënische redenen het weglaten van een onderdeel beter kan zijn dan de plaatsing ervan.” 

Nog meer uitdagingen vindt u in deel 2 van de vakkundige bijdrage.